Armoede, ziekte en geloof

In Malawi kun je je ogen niet sluiten voor de armoede in het land. Bijna 70% van de bevolking leeft onder de armoedegrens. Dat betekent dat zij niet kunnen voorzien in de minimale voorwaarden die nodig zijn om een menswaardig bestaan te kunnen leven. Kleding, goed drinkwater, voldoende voedsel, goede huisvesting, goed onderwijs en goede gezondheidszorg. Het is voor ons niet voor te stellen dat je niet kunt beschikken over dit soort basisbehoeften.

Wij hebben dit van heel dichtbij gezien en dat is heel heftig. Aan de huizen kun je vaak al zien hoe het met mensen gesteld is. Rieten daken i.p.v. golfplaten betekent dat in het regenseizoen, wanneer de regen met bakken uit de hemel komt, het zeker niet droog houden. Voor veel mensen is een golfplaten dak niet te betalen. Met allerlei ziektes en ellende als gevolg. Verder zagen we hoe gretig de kinderen de koekjes die we regelmatig uitdeelden, aanpakten. Als het kon sloten ze zo weer achteraan de rij voor een tweede.

Het gevoel dat je al snel krijgt is: alles wat hier aan hulp verleend wordt, is een druppel op een gloeiende plaat. Maar kijk je verder dan zie je dat elke ‘druppel’ hier met dankbaarheid wordt ontvangen. De tekst uit Mattheus 25 vers 40 speelt daarbij steeds door mijn hoofd: “Voorwaar ik zeg u: voor zover u dit voor een van deze geringste broeders van Mij gedaan hebt, hebt u dat voor Mij gedaan”. Wij zijn mee geweest op Outreach met Rieneke. Zij bezoekt samen met verpleegkundige Maggy zieke mensen die niet meer naar het ziekenhuis kunnen komen. Indrukwekkend is het als je op bezoek bent bij een vrouw met een ernstige vorm van baarmoederhalskanker, haar bij haar hutje aantreft op een rieten mat. Lezend in de Tumbuka bijbel.

Als ze voorzien is van nieuwe geneesmiddelen die Rieneke en Maggy voor haar hebben meegenomen, vraagt ze of ze mag bidden. Voor ons. Wij worden stil van de geloofskracht van deze vrouw.

Door: Ellen