Malawi; echte rijkdom en echte armoede
Het was een korte nacht. Gisteren waren we bij Cape McLear, bij de graven van de missionarissen. Vervolgens zijn wij in de omgeving gebleven om te genieten van de prachtige natuur.
Ds Schaafsma is teruggegaan omdat hij nog graag iemand wilde bezoeken. Toen hij ons op kwam halen, vergat hij de sleutel uit zijn auto te halen en konden wij er niet meer in. Diverse pogingen werden ondernomen om te proberen de sleutel er uit te vissen of om het knopje omhoog te trekken. Intussen liep het halve dorp uit en verzamelden zich nieuwsgierig rond de auto.
Jan Ouwehand vertrok met 5 man alvast naar Boadzulu. Uiteindelijk is besloten om via een ‘ abousa’ ( een Afrikaanse dominee) die in de buurt woonde van de eigenaar, een reserve sleutel te laten komen. Om 23.30 uur kwam de dominee met een collega aan na een rit van 250 km. Daarna konden we weer naar ons resort.
Vanmorgen vroeg vertrokken er al enkelen richting de gemeentes. Wij die gisteren laat thuis kwamen zijn iets langer blijven liggen. De dag van het afscheid van Boadzulu is in ieder geval voor iedereen aangebroken. Achter het ontbijtbuffet stond de kok mij wat droevig aan te kijken. ‘Are you leaving today’, vraagt hij. ‘Yes’, antwoord ik. ‘I hate it’, zegt hij. Uit het vervolg bleek dat hij had genoten van het koken voor een grote groep. Omdat sommigen nog wat tijd over hadden, stelde ds Schaafsma voor om nog even langs een resort te gaan om wat te zwemmen. Wat een luxe vergeleken met de buitenwereld. Ook dit kan dus in Afrika. Je geniet ervan en tegelijk voel je je schuldig. Heel erg dubbel.
Vervolgens zijn we weer naar onze gemeentes gegaan. Voor sommigen, zoals mijn kamergenoot Christiaan en ik, is dit het tegenovergestelde qua comfort. Het is weer even terug naar de basis. Onderweg schiet de temperatuur van de auto omhoog en stopt de motor. Een kokende motor. De auto staat stil. Meteen arriveert een jongen met een emmer water. Hij ziet zn kans schoon. Hier valt wellicht een fooitje mee te pakken. Nadat de auto het weer deed kreeg hij wat geld en liet een brede glimlach achter. We arriveerden rond 17.30 uur. Daar werden we hartelijk ontvangen door de ds en enkele leden van de kerkenraad. We aten met elkaar en spraken over de grote dingen die God doet in Malawi. Met onze chauffeur Hastings spraken we onderweg over evangelisatie onder moslims. Hoewel het een lange reis was, waren we er zo.
Malawi, wat een land. Schitterend qua schoonheid, maar wat een armoede. En tegelijk heb ik zoveel mensen mogen ontmoeten die vol waren van de Heere Jezus. Ik hoop dat ik deze ervaringen nog lang mag koesteren in Nederland en deze liefde van Hem mag overbrengen. Ik heb het vaak proberen uit te leggen deze week waarom de kerken leeglopen in ons land: een welvarend land als Nederland heeft God niet nodig. Althans…dat is de gedachte. Malawi heeft mij laten zien wat echte armoede en rijkdom is.
ds. Hans van Rumpt